Wat maakt een biografie boeiend?
Levensverhalen schrijven
Wat mij boeit in de verhalen die mensen over zichzelf schrijven is hun orginaliteit, hun echtheid en de manier waarop ze verbindingen leggen. Hella Haasse heeft jaren geleden diverse autobiografische geschriften gepubliceerd. Arthur Japin heeft vorig jaar in Geluk een geheimtaal zijn dagboeken gepubliceerd. Veel boeken die niet onder de noemer autobiografie zijn verschenen bevatten herinneringen uit het eigen leven van de auteur. In ‘Uit het leven van een hond’ van Sander Kollaard en in Thuis van Daniel Schreiber lees ik ook details uit het eigen leven.
Wat mij boeit zijn reflecties over de eigen identiteit. Hoe neemt de auteur zichzelf waar? In hoeverre is iemand in staat afstand te nemen van zichzelf? Het is boeiend om getuige te mogen zijn van een ontdekkingstocht en de verwondering die iemand ten deel kan vallen om telkens nieuwe landschappen in zijn of haar leven te ontdekken.
Zintuiglijk schrijven
Wat voor levendigheid zorgt zijn zintuiglijke indrukken tot in detail beschreven en waardoor het is alsof ik er zelf bij ben. De vergelijkingen die iemand maakt en hoe de levende werkelijkheid er uitziet, hoe iemand waarneemt en hoe deze realiteit zich uitbreidt waardoor er nieuwe inzichten ontstaan; ze geven hoop en vertrouwen, de levenslessen van anderen. Het is voor een deel het meebeleven van de emoties van anderen. Ik voel mee met de ander en blijf toch een beetje op afstand. Dat is een riante positie. Ik leef me in zonder dat de gebeurtenissen en de emoties al te diep door me heen snijden. In het lezen van de belevenissen, struggles en de gedachten die men daarover heeft, word je meegevoerd in momentopnamen van een werkelijkheid, terwijl je tegelijkertijd ook zelf vanuit een helikoptervisie het geheel kunt waarnemen. De auteur geeft met zijn woorden een indruk van hoe het is en deze indruk toets je tegelijkertijd aan je eigen ‘oordeel’ of kennis.
Betweters
Het is dan ook mooi als er niet al te veel uitleg wordt gegeven of aanwijzingen voor hoe de lezer het geschrevene dient te interpreteren. Dat maakt teksten vaak betweterig en saai. Ik krijg dan zelfs een gevoel van opstandigheid. Waar ik ook een beetje kriegelig van word, is zelfmedelijden. Ik heb boeken gerecenseerd met waargebeurde geschiedenissen die bleven steken in zelfbeklag. Dat is jammer. In het ideale geval, heeft de schrijver ook momenten waarop hij zelf afstand neemt van zijn verhaal of ten minste vraagtekens zet bij conclusies.
Sander Kollaard schrijft bijvoorbeeld met oog voor detail en zo specifiek en genuanceerd dat het me ontroert en terug brengt naar mijn eigen herinneringen. Het singuliere of individuele is drager van liefde en van zin. De Franse filosoof Luc Ferry, schrijft in ‘Beginnen met filosofie’ dat het kenmerkende van een groot werk is dat het bijzondere zich verheft tot het universele. Dat lijkt mij een van de belangrijkste criteria waar een biografie aan zou moeten voldoen: Een hoog niveau van singulariteit en daar toch bovenuit stijgen. Het moet zo zijn dat de ander, ondanks de voor hem ‘vreemde werkelijkheid’ zich toch kan verbinden. Anders gezegd: Om een ander te begrijpen moet ik me losmaken van mezelf en krijg ik toegang tot een breder en rijker bewustzijn.
Verruimd denken
Het is mooi als de ander me kan inwijden in een wijsheid die verder reikt dan de mijne, die me een structuur biedt. Het kan ook een wetenschappelijke denktraditie zijn waarbij telkens een aspect wordt toegevoegd of wordt uitgebouwd waardoor er meer inzicht ontstaat in juist dat aspect van het denken. Zo is er de noodzaak van verruimd denken waarbij je je losmaakt van jezelf en je in plaats van de ander stelt. Dat maakt het mogelijk om de ander beter te begrijpen en je leert ook om je eigen oordelen vanuit het standpunt van anderen te bezien. Dat houdt in het vermogen tot zelfreflectie en afstand kunnen nemen van jezelf.
Dat betekent niet dat diepe emoties opzij geschoven moeten worden. Daar moet juist ook ruimte voor gemaakt worden, hoe ongemakkelijk ze ook zijn. Het verruimde denken is geworteld in het humanisme. Het leert dat je je eigenaardigheden niet hoeft te verloochenen maar dat ze, wanneer je er afstand van neemt, ze kunt bezien vanuit een ander gezichtspunt waardoor ze minder in zichzelf gekeerd blijven. In zekere zin is dat ook wat er gebeurt als mensen in cursussen creatief schrijven hun pijnlijke ervaringen in een andere vorm kunnen gieten. Het kan zelfs zomaar zijn dat een levenslang gevoel van schaamte zich transformeert in iets heel grappigs waardoor het lichter wordt.
Helen
Ik hoop zelf dat ik meer inzicht krijg in de thema’s die mijn leven kenmerken. Het schrijfavontuur lokt: welke geheimen liggen er in mijn geheugen verscholen? Wat gebeurt er als ik ze projecteer op het scherm van mijn huidige bewustzijn? Welke schrijftechnieken ga ik toepassen? Een (auto)biografie laat een ontwikkeling zien van iemands persoonlijkheid en het leven wordt altijd achteraf beschreven. Kierkegaard zei dat het leven alleen achterwaarts kan worden begrepen. Toch denk ik dat er ook essenties wegzakken die liggen te wachten op een aandachtige beschouwing.
Waar ik naar verlang in literatuur is geraakt worden diep van binnen. Een werkelijk goede tekst verbindt de lezer met zichzelf. Zoals Kafka zegt: ‘Een boek is een bijl voor de bevroren zee in ons.’ Er kan een plotseling inzicht optreden maar ook kan er langzaam iets beginnen te dagen. In dat geval smelt het ijs en wordt het ons gelijdelijk aan helder.
Er kan ook sprake zijn van een vermoeden: Die gewaarwording lijkt het een beetje op wat in het gedicht: Het kind en ik van Nijhof gebeurt. Maar toen heeft het geschreven, zonder haast en zonder schroom, al wat ik van mijn leven nog ooit te schrijven droom.
Een verheffend verhaal …